Dille (Anethum graveolens) is de enige soort van het geslacht Dille (Anethum). Er is echter ook een beetje variatie in dit kruid.
De dille (Anethum graveolens) heeft geen andere verwanten in zijn geslacht. Maar de soort is nog steeds verdeeld in twee variëteiten en een ondersoort:
- Gartendill (Anethum graveolens hortorum) is de beroemdheid van de soort en vindt een plaats in onze tuinen.
- Ackerdill (Anethum graveolens graveolens) is het wilde broertje van de tuindille en komt voor langs de weg en in weilanden.
- Indische dille (Anethum graveolens sowa) verschilt qua groei niet echt van tuindille, maar heeft een veel minder intens aroma.
Welk ras is het juiste?
Het antwoord op deze vraag hangt vooral af van de vraag of de dille in een bed of in een pot moet groeien. Aangezien het komkommerkruid een diepe penwortel ontwikkelt, is in principe een wat hogere bak nodig. Maar het kiezen van de juiste soort kan ook het plezier van het kweken in een pot vergroten. Meestal zal de kweker er uitdrukkelijk op wijzen of het ras geschikt is voor de potteelt.
- Boeket: Dankzij de compacte groei goed geschikt voor de pot, zeer fijn blad.
- Ducat: Heeft intens groene bladeren en wordt gekenmerkt door een bijzonder intens aroma dankzij het hoge gehalte aan essentiële oliën.
- Ella : Compact groeiend ras dat direct in de pot kan worden gezaaid voor terras en balkon.
- Olifant: De late bloei zorgt voor een lange oogsttijd van dit bladras.
- Hercules: Naast de late bloei zorgt een uitgesproken krachtige groei voor veel opbrengst.
- Mammoet: Sterk groeiende, oude variëteit met een zeer intens aroma.
- Vierling: Ook geschikt als sierplant of snijbloem in boeketten vanwege de opvallend mooie bloeiwijzen. Door zijn zeer krachtige groei is hij echter alleen geschikt voor de teelt in perken.
Wilt u meer weten over het kweken van dille? In ons speciale artikel geven we handige tips voor het kweken van het komkommerkruid.