Houtvezels vormen een veelbelovende basis voor volledig turfvrije potgronden of kunnen worden gebruikt als additief ter vervanging van het turfgehalte. verminderen. Wij presenteren de productie, de eigenschappen, het gebruik en de duurzaamheid van houtvezelbodems.

jonge sla wordt geplant
Houtvezelsubstraat is al uitvoerig getest op zijn geschiktheid als ondergrond. [Foto: Alexander Raths/ Shutterstock.com]

Turfvrije grond zoals houtvezelpotgrond is een belangrijk teken van verantwoordelijkheid tegenover ons milieu geworden. Dit creëert een hoge druk om te veranderen voor tuinbouwbedrijven, maar ook de kans om de nieuwe vraag van de klant als aankoopargument te herkennen.
Maar terwijl hobbytuinders en de dienstensector vrij gemakkelijk kunnen overschakelen op veenvrije substraten zoals houtvezelgrond, zijn productiekwekerijen aangewezen op homogene substraten die “gewoon” kunnen worden gestuurd, omdat deze de basis vormen voor een (financieel) zekere en voorspelbare bedrijfsvoering. Omschakeling op houtvezelsubstraat houdt voor hen dus grotere risico’s in. Daarom is het des te belangrijker goed geïnformeerd te zijn alvorens over te schakelen op turfvrije of turfarme bodems.

“Inhoud”

  • Houtvezel: turfvervanger met uitgebreide empirische waarden
  • Houtvezelsubstraat: productie en eigenschappen
    • Productie van houtvezels uit houtresten
    • Eigenschappen van houtvezel
    • Gebruik houtvezel substraat
  • Kan houtvezelsubstraat turf vervangen?
  • Waarom is houtvezelsubstraat duurzaam?
  • Aanbevolen bronnen voor houtvezelgrond
  • Neem contact op met de deskundigen: nadere informatie en leveringsbronnen

Tip: Turfvrije potgronden verschenen niet eerst met een toenemend begrip van de rol van veengebieden. Al vóór de “ontdekking” van turf als groeimedium waren er turfvrije mengsels bekend waarin planten zonder aarde konden worden geteeld.

Houtvezel
Houtvezel is een interessant alternatief voor turf of dient als aggregaat

Houtvezel: turfvervanger met uitgebreide empirische waarden

Het gebruik van houtvezelsubstraten vertoont al meer dan drie decennia een duidelijk stijgende lijn. De inheemse vezel wordt steeds vaker gemengd in veensubstraten, vormt de basis voor veenvrije bodems of wordt zelfs gebruikt als enig substraat in hydrocultuur.
Het voordeel van de gebruikte naaldhoutvezel is uiteraard de duurzaamheid van het product, naast de chemische en fysische eigenschappen die gunstig zijn voor de plantengroei. Het argument van de duurzaamheid wordt een sterk aankoopargument door de toenemende milieu-educatie (vooral van de jongere generaties). Houtvezel-potgrond kan dus deel gaan uitmaken van de unique selling points van duurzame en toekomstgerichte bedrijven.

Tussen haakjes: Naast de nu al veel gebruikte houtvezelsubstraten is ook compostgrond een populair alternatief voor turf dat vooral amateurtuiniers graag gebruiken. Ze hebben een relatief hoog gewicht en hun kwaliteiten zijn absoluut bevredigend, zelfs voor veeleisende particuliere tuiniers. Ze zijn echter biochemisch niet stabiel. Tijdens het vervoer of de teelt kunnen er – ondanks het gebruik van kwaliteitsgegarandeerde RAL-compost – sterke afwijkingen in de composteigenschappen optreden. U kunt bijvoorbeeld de water- en luchtcapaciteit en de beschikbaarheid van voedingsstoffen veranderen. Vanwege deze instabiliteit van de eigenschappen waren substraten op basis van compost tot dusver niet bruikbaar voor commerciële teelt.

Jonge planten in plastic potten
Veenvrije groeimedia maken deel uit van een duurzame bedrijfsoriëntatie [Foto: Indypendenz/ Shutterstock.com]

Houtvezelsubstraat: productie en eigenschappen

Houtvezel als substraatcomponent is door verschillende tuinbouwinstituten bestudeerd en kan ook in de praktijk worden toegepast. De Hogeschool Weihenstephan-Triesdorf en het Industrieverband Garten e.V., alsmede verschillende testinstituten van de deelstaten hebben uitgebreide informatie verzameld over houtvezel als substraatcomponent.

Productie van houtvezels uit houtresten

Voor de productie van houtvezel wordt chemisch onbehandeld naaldhout gebruikt. Veel hardhout bevat te veel storende secundaire plantenstoffen, zoals tannines en fenolen, die de plantengroei kunnen belemmeren. Het uitgangsmateriaal is dus naaldhout dat overblijft uit de houtverwerkende industrie – er kunnen bijvoorbeeld houtspaanders, zaagsel of schaaffracties worden gebruikt. Om de losse vezels uit de compacte celstructuren van het plantenhout te halen, kan gebruik worden gemaakt van thermofysische ontleding of het stoomexplosieproces. In beide processen worden storende harsen en tannines zoveel mogelijk afgebroken. Vervolgens worden bij verdere behandelingen de pH-waarde, bevochtigbaarheid, afbreekbaarheid en kleur geoptimaliseerd om het gebruik te vergemakkelijken of te bevorderen. Vooral de kleur heeft een grote invloed op particuliere klanten, omdat zij van potgrond een donkere kleur verwachten.

Door zijn grote C/N-verhouding heeft houtvezel de negatieve eigenschap dat het stikstof immobiliseert wanneer het microbieel wordt afgebroken. Om het daaruit voortvloeiende stikstoftekort van het gewas in het substraat te voorkomen, worden de vezels behandeld met langzaam vrijkomende stikstof. Dit “impregneren” kan ook gebeuren met organische stikstofmeststoffen.

Onbehandelde resten van naaldhout
Onbehandelde resten van naaldhout zijn de grondstof voor houtvezelsubstraten

Eigenschappen van houtvezel

De eigenschappen van houtvezel liggen relatief dicht bij die van turf, maar de watercapaciteit is duidelijk anders. Hoewel het poriënvolume zeer vergelijkbaar is met dat van veen, resulteert het grote aandeel grove poriën in een aanzienlijk hogere luchtcapaciteit en een aanzienlijk lagere watercapaciteit. De resulterende losse structuur voorkomt effectief dat plantenwortels waterstress ondervinden door uitsluiting van lucht. Maar zoals bij elk organisch substraat blijft de losse structuur helaas niet permanent bestaan, maar wordt deze in de loop der tijd minder door inzakken. De afbreekbaarheid van houtvezels is zeer uitgesproken, maar de structurele stabiliteit kan worden verbeterd door geschikte procédés bij de productie of genegeerd met korte teeltperioden tot vijf maanden.
Door het thermische verteringsproces zijn houtvezels in principe vrij van onkruid en ziekteverwekkers. De pH-waarde van 4,7 tot 6,0 ligt in een zeer gunstig bereik voor de meeste gewassen en is naar beneden toe goed gebufferd, maar naar boven toe nauwelijks gebufferd. Bovendien is houtvezel in principe zoutarm en bevat het nauwelijks oplosbare voedingsstoffen – behalve kalium, waarvan het aandeel tot 100 mg per liter houtvezel vijf keer zo hoog kan zijn als in turf.

Houtwol
Houtresten uit de industrie worden in verschillende stappen omgezet in fijne vezels [Foto: valkoinen/ Shutterstock.com]

Tussen haakjes: De kwaliteit van het uitgangsmateriaal van het substraat moet worden gecontroleerd om de homogeniteit van de houtvezelbodems te waarborgen. De grondstoffen kunnen worden gecertificeerd met het RAL-keurmerk.

Gebruik houtvezel substraat

De fysieke eigenschappen van houtvezel en houtvezelsubstraten maken het bijvoorbeeld mogelijk ze te gebruiken in de meerjarige teelt in de open lucht en in de containerteelt van houtachtige planten. Houtvezel kan ook worden gebruikt voor gesloten teeltmethoden (accumulatie, mat, gootbevloeiing, zakcultuur), vooral omdat de hoge drainagecapaciteit wateroverlast en dus veel wortelziekten voorkomt. In plaats daarvan bevordert de goede luchtcirculatie een gezonde wortelgroei.
Enerzijds is houtvezel gemakkelijk te bevochtigen, anderzijds droogt het oppervlak snel, waardoor onkruid- en mosgroei – levermos inbegrepen – wordt voorkomen. Zelfs als het alleen aan turfsubstraten wordt toegevoegd, verbetert houtvezel de bevochtigbaarheid.
Bij de teelt moet worden opgemerkt dat houtvezelgrond vanwege de lagere watercapaciteit een kortere watergift nodig heeft dan veensubstraat. Uit experimenten is echter gebleken dat in substraten met houtvezels het verlies door transpiratie lager is dan in zuivere veensubstraten.
Vanwege de eenzijdige buffering van de pH-waarde is voorzichtigheid geboden, vooral bij kalkrijk water, om de beschikbaarheid van sommige sporenelementen, zoals ijzer, niet te verminderen.
Bij de bemesting van substraten op basis van houtvezels moet worden opgemerkt dat de vezel zelf nauwelijks voedingsstoffen bevat, zodat de basisbemesting alle essentiële voedingsstoffen moet bevatten. Houtvezel zelf heeft slechts een minimale ionenuitwisselingscapaciteit, en daarom zijn geschikte mengpartners essentieel om te hoge zoutconcentraties bij de plantenwortel te voorkomen. Klei is in dit verband een geschikte mengpartner gebleken, maar ook kwaliteitscompost in kleine hoeveelheden.

Veld vol lavendel in potten
Houtvezelsubstraat kan op vele gebieden van de commerciële tuinbouw worden gebruikt [Foto: ChristianSchroeder/ Shutterstock.com]
Eigenschappen van onbehandelde houtvezels
bulkdichtheid (g TS/l) 60 – 130
pH (CaCl2) 4,7 – 6,0
Oplosbare zouten (g/l) 0,03 – 0,2
Oplosbare voedingsstoffen 50 – 100 mg K2O/l
N-immobilisatie Sterk
Ontleedbaarheid Sterk
Volume poriën 92 – 96
Luchtinhoud (vol.%) 45 – 65
Onkruid en ziekteverwekkers Zeer laag
Bevochtigbaarheid Hydrofiel

Chemische en fysische eigenschappen van onbehandelde houtvezels
(volgens: State Research Institute for Horticulture Weihenstephan, Series: Substrate Components, Part 6, Edition April 2008)

Kan houtvezelsubstraat turf vervangen?

Houtvezelgrond van hoogwaardige vezels en aangevuld met gecoördineerde mengselcomponenten kan beslist turf vervangen en bijdragen tot de productie van planten van hoge kwaliteit. Dit geldt vooral in de tuin- en landschapsbouw en voor particuliere tuiniers.
In de professionele productietuinbouw zijn de omschakeling van het teeltbeheer, de aanpassing van de logistiek en de marketing voorwaarden voor toekomstgerichte investeringen in houtvezelgronden.
De watergift en de bemesting veranderen, en voor gewassen die al lang staan kan het zelfs nodig zijn om extra te verpotten. Uitwisseling van ervaringen met soortgelijke tuinbouwbedrijven en substraatfabrikanten helpt, vooral als er voor uw eigen gewas nog geen literatuur is gepubliceerd. Taspo, hogescholen en universiteiten met tuinbouwinstituten alsmede de staatsexperimentenstations en landbouwkamers zijn waardevolle bronnen van informatie die reeds proeven voor een grote verscheidenheid van gewassen kunnen laten zien. Bijzonder waardevol zijn de resultaten van het TeiGa-project, die vrij zijn gepubliceerd en de groei van verschillende sier-, groente- en kwekerijplanten vergelijken in turfvrije, turfgereduceerde en klassieke turfsubstraten.
Bovendien is het, alvorens over te schakelen op houtvezelsubstraat, belangrijk zich ervan te vergewissen dat zijn leveranciers in staat zijn een langdurige en constante kwaliteit te leveren. Dit omvat meestal ook een passende marketingstrategie om de klanten bewust te maken van de nieuwe kwaliteit van het product.

Tussen haakjes: Het valt niet uit te sluiten dat met een aangepast teeltbeheer zelfs planten van aanzienlijk hogere kwaliteit kunnen worden geproduceerd. De Oostenrijkse kruiden- en groenteteler Erwin Seidemann meldt bijvoorbeeld dat zijn volledig turfvrije mengsel duurzamere, krachtiger en ziektevrijere planten oplevert, waarvoor hij positieve feedback van klanten krijgt.

Sla is geplant in het bed
In de hobbysector kan houtvezelgrond vrijwel gelijkwaardig aan veengrond worden gebruikt. [Foto: Alexander Raths/ Shutterstock.com]

Waarom is houtvezelsubstraat duurzaam?

In een proef van de Hogeschool van Zürich (ZHAW) werd de levenscyclusanalyse van verschillende turfvervangende producten vergeleken met die van turf. De volgende parameters werden voor de gehele levenscyclus van de substraatcomponenten in aanmerking genomen:

  • Bijdrage aan het broeikaseffect
  • Totale milieu-impact
  • Cumulatieve energie-uitgaven
  • Zoetwater eutrofiëring
  • Landgebruik

De LCA werkt met een gestandaardiseerd puntensysteem dat naast de CO2-uitstoot omvat ook andere milieueffecten. In vergelijking met turf scoort houtvezel met slechts een tiende van de uitstoot van broeikasgassen en het feit dat bij de productie ervan afval wordt gerecycleerd en hernieuwbare grondstoffen worden gebruikt.

Het Zwitserse onderzoeksbureau Quantis heeft ook een levenscyclusanalyse van turf en andere substraatgrondstoffen uitgevoerd, zij het met andere parameters:

  • Bijdrage aan het broeikaseffect
  • Grondstoffenschaarste
  • Menselijke gezondheid
  • Ecosysteemeffect

Ook hier scoren houtvezels met een relatief zeer gering effect op de kwaliteit van het ecosysteem, de volksgezondheid en het broeikaseffect.
Uit beide studies blijkt dat houtvezels en houtsnippers in vergelijking met alternatieven de laagste broeikasgasemissies, de laagste milieueffecten en de laagste energie-input opleveren. Daarnaast scoort houtvezelsubstraat goed op toekomstige beschikbaarheid en potentiële sociale risico’s. Het beschermt ook de volksgezondheid en de kwaliteit van de ecosystemen waarin houtvezels groeien.
Er zij op gewezen dat houtvezel als substraatcomponent concurreert met het gebruik ervan als energiebron, zodat de beschikbaarheid en dus de prijs ervan afhangen. Daarom is het belangrijk dat men zich tot betrouwbare leveranciers wendt wanneer men houtvezelsubstraten aanschaft.

Tip: In de bovengenoemde studie is rekening gehouden met sociale risico’s omdat sommige alternatieven gevolgen kunnen hebben voor de plaatselijke bevolking van de winningslocatie als gevolg van verontreiniging van drinkwater of een hoog verbruik van hulpbronnen.

Substraatcomponent Bijdrage aan het broeikaseffect
(in kg CO2-equivalenten per m3)
Zwarte turf 308,0
Compost 277,0
Houtvezel 64,0
Schors 105,0
Kokosnoot pasta 69,5

Uit de studie van Quantis blijkt dat houtvezels en andere substraatcomponenten in vergelijking
(volgens: Quantis Zwitserland, Eindverslag voor EPAGMA (2012), Comparative life cycle assesment of horticultural growing media based on peat and other growing media constituents, blz. 110 – 112).

Diverse alternatieve substraten
Turf, houtvezel en kokospulp lijken visueel op elkaar, maar hebben verschillende duurzaamheidsniveaus

Aanbevolen bronnen voor houtvezelgrond

Noch in de hobbysector, noch in het geval van grond voor professioneel gebruik bestaat er een merkoverschrijdend keurmerk waaraan men de goede kwaliteit van de grond kan beoordelen. Functionaliteit of de homogeniteit tussen productiepartijen. De beste bron voor houtvezelgrond wordt dus door elk bedrijf afzonderlijk gevonden door uitwisseling met andere bedrijven en substraatfabrikanten en door eigen proeven.
Het overigens sterk aanbevolen RAL-keurmerk controleert wel de afwezigheid van onkruid, het gehalte aan oplosbare voedingsstoffen (ten opzichte van de aangegeven waarden), de bulkdichtheid, de stikstofimmobilisatie en nog veel meer. Het doet echter geen uitspraak over de vraag of het substraat goed of slecht geschikt is voor plantenteelt.

Contact deskundigen: verdere informatie en leveringsbronnen

Bent u geïnteresseerd in houtvezel of wilt u meer informatie en deskundige aanbevelingen over leveringsbronnen? Stuur ons een aanvraag met uw contactgegevens en een Plantura-expert neemt zo snel mogelijk contact met u op. Wij helpen u graag!

    Vergelijkbare berichten