De zogenaamde winterbananenappel heeft natuurlijk weinig te maken met de exotische vrucht. Maar wat de appelsoort bijzonder maakt en hoe je de winterbananenappel in de tuin kunt kweken, onthullen we hier.
De winterbananenappel (Malus domestica ‘winterbananenappel’) wordt in het Engels ook wel ‘winterbananenappel’ genoemd. Flory of Winter-Banana en wordt bij voorkeur gebruikt voor heerlijke sappen en most. Maar hij kan ook als dessertappel worden gebruikt vanwege zijn goede bewaarbaarheid. De klimaat- en standplaatsvereisten zijn niet uitzonderlijk hoog en het ras is over het algemeen bestand tegen biotische en abiotische tegenslagen. In combinatie met een laagblijvende onderstam is het resultaat een regelmatige en goed groeiende boom die weinig snoei nodig heeft. Daarom is de winterbanaanappel een optimale variëteit voor de huis-tuin.
Inhoud
- Winter Bananenappel: PROFIEL
- Oorsprong en geschiedenis van de appel
- Smaak en eigenschappen van de winterbananenappel
- Bijzondere kenmerken van de teelt
- Oogsttijdstip en gebruik van het appelras “Winterbanaanappel
Winterbananenappel: profiel
Synoniemen | “Flory of Winter-Banana |
Fruit | middelgroot tot groot; geelgroen met lichte tot troebele oranje overkleuring |
Smaak | nogal zoet |
Opbrengst | hoog en afwisselend; middelmatig laat begin |
Oogsttijd | Midden tot eind oktober |
Rijp voor consumptie | van december |
Houdbaarheid | zeer goed; houdbaar tot april |
Groei | sterk; veel vruchthout |
Klimaat | gemiddelde eis; vorsttolerant; beter aroma op warme locaties |
Ziekten en plagen | lage gevoeligheid voor appelschurft en bunt |
Oorsprong en geschiedenis van de appel
De oorsprong van de winterbananenappel is niet duidelijk: de rassen zijn waarschijnlijk bij toeval ontstaan rond 1870 in de VS. De exacte plaats is echter onbekend of in ieder geval een goed bewaard geheim. In Neder-Oostenrijk wordt de winterbananenappel nog af en toe geteeld en wordt hij daar ook in nieuwere boomgaarden aangetroffen omdat hij ook voor de professionele teelt goede bruikbare eigenschappen heeft.
Smaak en eigenschappen van de winterbananenappel
De vruchten van de variëteit “Winter Banana Apple” zijn middelgroot tot groot. De vorm kan variëren van licht conisch tot afgeplat bolvormig. De grootste diameter bevindt zich echter altijd aan de steelzijde (“steilbuikig”). Soms zijn de helften verschillend geprononceerd en is het niet ongewoon om een roestnaad aan te treffen die zich uitstrekt van de steel tot de kelkpit.
De huid is geelgroen, de buitenste kleur licht tot troebel oranje en weinig glanzend. Soms is de vrucht versierd met geribbelde roestpatronen, die vaak slechts geïsoleerd voorkomen en niet op de hele vrucht. Het vruchtvlees is geelwit, stevig en niet erg sappig, noch overdreven zuur of aromatisch, maar eerder zoet. Winterbananen uit koele teeltgebieden hebben minder smaak dan die uit warme gebieden.
Bijzondere kenmerken van de teelt
De cultivar ‘Winter Banana Apple’ heeft een sterke groei en vormt een brede piramidale kroon op eigen wortel. Hij produceert van nature voldoende vruchthout zodat teelt als verspreide fruitboom mogelijk is. Afhankelijk van de onderstam kan het ras echter elke gewenste vorm krijgen. Als de winterbananenappel wordt geteeld op een zwakke onderstam zoals M26 of M9, kan hij worden gevormd tot een slanke spil of als een leifruit – maar in dat geval is aanbinden absoluut noodzakelijk. Wil je een wat sterkere en stabielere boom of een struikboom in de tuin, kies dan M7, M4 of MM 106 als onderstam.
Voor winterbananen is weinig snoei nodig, vooral wanneer zwakke onderstammen worden gebruikt: af en toe moet de kroon worden uitgedund en te steile scheuten kunnen worden omgeleid naar hellende alternatieven of worden vastgebonden. Op sterkere onderstammen moet de winterbananenappel echter voorzichtig, maar jaarlijks worden gesnoeid.
De bloei van de winterbananenappel is weinig gevoelig voor vorst en vindt ook laat in het voorjaar plaats. Het is een goede stuifmeeldonor en kan zelfs worden bestoven door andere late rassen zoals ‘Fuji’, ‘Gala’, ‘Gloster’ of ‘Elstar’.
De winterbananenappel stelt matige eisen aan klimaat en bodem, en is daarom goed geschikt voor de meeste normale tuinen. Zijn natuurlijke gezondheid draagt in grote mate bij tot deze geschiktheid, hoewel er een lichte gevoeligheid is voor appelschurftinfecties en Stippe, een fysiologisch calciumtekort.
Warme locaties verbeteren de smaak van de vruchten, terwijl vorstlocaties eerder ongeschikt zijn: De winterbananenappel kan schade oplopen door houtvorst.
Oogsttijdstip en gebruik van het appelras “Winterbanaanappel
De heerlijke winterbananen kunnen tussen half en eind oktober plukrijp worden geoogst en zijn dan – onder goede bewaaromstandigheden – goed te bewaren tot april. Wil je direct van de appel genieten, wacht dan tot december met plukken. Zelfs in de opslag zijn de appels slechts tussen december en april rijp voor consumptie. In principe kan de winterbanaanappel voor alle doeleinden worden gebruikt, maar klassiek wordt hij vooral gebruikt als dessertappel en voor het maken van vruchtensap.
Dat de winterbananenappel soms met een dikke helft en een smallere helft groeit, heeft meestal te maken met bestuivingsproblemen. In ons artikel over de bloei van appelbomen komt u alles te weten over de bloesemzetting en hoe u vorstschade kunt voorkomen.
Inhoudsopgave